Vormen en structuren
Van vierkant tot kubus, van driehoek tot piramide
- scroll naar beneden -
Over deze les
Alles om ons heen bestaat uit vormen. Bijvoorbeeld een vierkant of een driehoek. En zet die driehoek op dat vierkant en het lijkt ineens een huis! De belevingswereld van de kinderen wordt tijdens deze les geprikkeld om vormen te herkennen in alledaagse voorwerpen. Motorisch worden ze uitgedaagd door 2D vormen te maken met behulp van elastieken op een Geobord; kun jij een cirkelvormig elastiekje veranderen in een vierkant? Tot slot brengen ze hun kennis verder in de praktijk door het bouwen van 2D of 3D vormen van ecofoam.
Een voorproefje
Jokie en Jet zijn op zoek naar vormen. Zoek je met ze mee?
Onderwijs
Tijdens de les leer je onder andere dat:
- We vormen kennen in verschillende soorten en maten - Een vierkant 4 zijden heeft - Een driehoek 3 hoeken heeft - Er ook 3D vormen zijn, zoals een kegel, een kubus of een piramide - Je vormen kunt gebruiken om iets te bouwen

Proefje voor thuis: van rechthoek naar helikopter
Je hebt nodig: papier, liniaal, potlood, schaar, paperclip
Stap 1: Teken, met behulp van je liniaal, een rechthoek op het papier van 4 cm x 10,5 cm. Stap 2: Teken in de rechthoek de dikke lijnen en stippellijnen na, zoals op het voorbeeld is aangegeven. Stap 3: Knip de rechthoek langs de omtrek uit, en knip deze in op de plekken waar je de dikke lijnen hebt getekend. De stippellijnen zijn de vouwlijnen. Stap 4: Vouw strip A naar achteren en B naar voren. Dit zijn de propellers. Stap 5: Vouw C en D over elkaar heen en schuif hier een paperclip overheen. Stap 6: Laat de helikopter met de propellers aan de bovenkant naar beneden vallen. De helikopter zal draaiend naar beneden gaan.
Uitleg: Terwijl de helikopter valt, komt er een luchtstroom van onder de propellers vandaan. Tegelijkertijd duwt er lucht tegen de zijkanten van de helikopter, die de helikopter voortduwt. Samen zorgen ze ervoor dat de helikopter gaat draaien.
Termen & concepten
Vorm, structuur, kubus, kegel, piramide, 3 dimensionaal
Kerndoel(en) die behandeld worden:
44 - De leerlingen leren bij producten uit hun eigen omgeving relaties te leggen tussen de werking, de vorm en het materiaalgebruik.
45 - De leerlingen leren oplossingen voor technische problemen te ontwerpen, deze uit te voeren en evalueren.